Kinderdagverblijf
'T Gruemelke




Pedagogisch beleidsplan
‘T Gruemelke
Algemeen
Kinderopvang beschouwen wij als een professionele activiteit.
Dit vraagt om goed opgeleide mensen.
De medewerkers zijn zich bewust van de pedagogische uitgangspunten van Kinderdagverblijf ‘t Gruemelke en dragen deze uit naar kinderen en ouders.
Zij beschikken over de vaardigheden die nodig zijn om de kinderen zowel individueel als in groepsverband te verzorgen en te begeleiden.
Alle leidsters hebben een pedagogische beroepsopleiding conform CAO kinderopvang gevolgd in het middelbaar of hoger beroepsonderwijs.
Ieder kind ontwikkelt zich en groeit in zijn eigen tempo.
De ontwikkeling van het kind is bepalend voor de behoefte van het kind en zijn belevingswereld.
Door de volle aandacht voor de specifieke behoefte die bij een bepaalde ontwikkelingsfase en leeftijd horen, kunnen de leidsters de kinderen optimaal begeleiden.

Groepssamenstelling
In beginsel is de groepsgrootte en het aantal leidsters ten opzichte van de groep afgestemd op de ontwikkeling van de kinderen en de zorg die zij nodig hebben. In Kinderdagverblijf ’t Gruemelke is er slechts sprake van 1 groep kinderen en daardoor ook een vaste groep leidsters.
Dit heeft als grote voordeel dat de kinderen niet steeds aan nieuwe gezichten hoeven te wennen.
De keuze voor één verticale groep sluit het meest aan bij onze gehanteerde uitgangspunten en doelstellingen (Pedagogisch beleidsplan).
Het kind kan zich zo aansluiten bij de kinderen die in dezelfde levensfase en ontwikkelingsfase verkeren (of juist niet).
De groepsgrootte in relatie tot het aantal leidsters valt binnen de normen zoals deze door de inspectiedienst van de GGD in combinatie met de Gemeente Eijsden is aangegeven.

Wennen
In overleg met de pedagogisch medewerk(st)ers en ouders worden voorafgaande de startdatum wen-uren afgesproken.
Deze vinden plaats van 9.00-11.00 uur tijdens deze wen-uren proberen wij het kind zich al veilig en vertrouwt te laten voelen binnen de groep.
De pedagogisch medewerk(st)ers begeleiden het kind in het begin extra: ze stellen het kind voor aan de andere kinderen en ze geven het kind meer aandacht.
Het goed op elkaar afstemmen van voedingsschema’s, slaapgewoontes en pedagogisch aanpak thuis en op de opvang biedt het kind structuur wat het wennen vergemakkelijkt.
Een kort en duidelijk afscheid van de ouders, biedt de meeste duidelijkheid voor het kind, waardoor het kind sneller wennen kan aan de nieuwe omgeving. Wij vinden het heel belangrijk dat de ouders tijdens het wennen wel bereikbaar zijn. Als u als ouders/verzorgers behoefte heeft om te informeren naar uw kind, dan mag u gerust bellen of appen.

Opzegtermijn
Als de opvang niet meer nodig is, dienen de ouders dit een maand voor de laatste opvang dag via de mail op te zeggen. Zodra het kind naar de basisschool gaat, loopt de opvang bij ’T Gruemelke automatisch af.

Aansprakelijkheid
De Kinderopvang gaat er vanuit dat ouders zelf een zorg en W.A verzekering hebben afgesloten.
Bij schade veroorzaakt door een Gruemelke, worden in eerste instantie de ouders van dat Gruemelke aansprakelijk gesteld.
Kinderopvang ‘T Gruemelke heeft een ongevallenverzekering afgesloten.
In geval van schade of verlies van eigendommen van de kinderopvang buiten de openingstijden zijn de ouders hier verantwoordelijk voor.
Kind ophalen
Belangrijk! Indien uw kind opgehaald wordt door iemand anders of iemand die wij niet kennen dan moet u dit tijdig aan ons doorgeven.
Wanneer uw kind door iemand anders wordt opgehaald die wij niet kennen, kunt u wellicht een foto van deze persoon aan ons overhandigen.
Als u van tevoren niks aan ons door heeft gegeven, dan geven wij uw kind niet mee aan derden.

Kind afmelden
Voor 9.00 uur dient u de absentie van uw kind door te geven via de App, telefonisch of via de mail. Wanneer er geen afmelding is ontvangen, nemen wij telefonisch contact (of via WhatsApp) op met de ouders.

Vierogen beleid
Op kinderopvang ‘T Gruemelke wordt het zogeheten ‘vierogen beleid’ gehanteerd.
Het is belangrijk dat kinderopvang een veilige omgeving biedt.
Medewerk(st)ers van kinderdagverblijf ’T Gruemelke dienen te beschikken over een geldig VOG.
Mede werk(st)ers in de kinderopvang hebben een meldplicht bij aanwijzingen dat een collega geweld tegen een kind gebruikt Het vier ogenbeleid houdt in dat er altijd een andere volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met de beroepskracht.
Het vier ogenbeleid is bedoeld om de veiligheid in de kinderdagverblijven nog verder te vergroten.

Oudercommissie
Kinderopvang ’T Gruemelke vindt het belangrijk dat ouders betrokken worden bij de opvang. Daarom heeft onze opvang een oudercommissie.
De Oudercommissie is een samenstelling van leden gekozen uit ouders van kinderen die geplaatst zijn bij ‘T Gruemelke.
De oudercommissie is een schakel tussen het Kinderdagverblijf en de ouders.
Signaleren en doorverwijzen
Met toestemming van de ouders gaan de pedagogisch medewerk(st)ers eventueel ook in overleg met de school. Omgekeerd kunnen ouders bij twijfel of zorgen, deze delen met de pedagogisch medewerk(st)ers.
Samen proberen we dan duidelijkheid te krijgen en inzicht te verwerven in het gedrag van het kind en de opvoedingssituaties. Vervolgens kunnen we afspraken maken rondom specifiek gedrag van een kind of kunnen er in onderling overleg eventueel andere vervolgstappen worden gezet.
Naar wie/ welke instantie eventueel wordt doorverwezen is afhankelijk van de situatie. De mentor bespreekt dit met de ouders van het specifieke kind.
Dit gebeurt meestal door de ouder even apart te nemen tijdens het brengen of halen. Wanneer er meer tijd nodig is wordt er een aparte afspraak gemaakt. Ouders hebben altijd de regie in handen en beslissen welke hulp ingeroepen gaat worden om hun kind te ondersteunen.
Pedagogisch beleidsmedewerker
De pedagogisch beleidsmedewerker houdt zich bezig met de ontwikkeling van het pedagogisch beleid en zal de beroepskrachten coachen bij de dagelijkse werkzaamheden.

Veiligheid
Alle pedagogisch medewerkers zijn in het bezit van een erkend kinder-EHBO diploma. Er is minimaal één medewerker in het gebouw aanwezig die in het bezit is van een BHV-diploma en Kinder-EHBO diploma.

Ontruimingsplan
Op onze locatie ligt een ontruimingsplan. De telefoonlijsten staat in onze telefoon van ‘T Gruemelke.
In geval van een calamiteit gaat de telefoon mee, zodat de ouder(s)/verzorger(s) gebeld kunnen worden. Minimaal één keer per jaar vindt er een oefening plaats.

Omgang met film en video materiaal                                                                                                                         Regelmatig worden er foto’s of video-opnamen gemaakt tijdens verschillende gelegenheden, bijvoorbeeld tijdens verjaardagen, Kerstmis of Sinterklaas. Op het inschrijfformulier geven ouder(s) wel of niet toestemming hiervoor. Ouders geven toestemming dat de foto’s van hun kind op social-media geplaatst mogen worden(Website, Instagram).
GGD-Inspectierapport
Onze locatie krijgt jaarlijks een inspectiebezoek vanuit de GGD.
De locaties worden dan op tal van punten gecontroleerd. Hiervan wordt een inspectierapport opgesteld. Dit inspectieraspport kunt u inzien via onze website.

Ziekte
In de huisregels voor de ouders wordt de ouders gevraagd zieke kinderen of kinderen die een besmettingsgevaar voor anderen kunnen zijn niet naar de kinderopvang te brengen.
Enerzijds omdat het personeel niet adequaat is opgeleid om zieke kinderen te verzorgen en omdat er onvoldoende tijd beschikbaar is voor het verzorgen van een ziek kind en om het welbevinden van het kind zelf, anderzijds omdat in geval van een besmettelijke ziekte het kind de andere kinderen en de leiding kan besmetten.
In geval van ziekte worden de ouders verzocht de kinderopvang hier altijd over te informeren.
Indien nodig, zullen wij bij besmettelijke ziektes contact opnemen met de GGD. Zo nodig zullen alle ouders hierover door ons geïnformeerd worden.
Op de kinderopvang zal informatie, welke van belang is voor de ouders, op worden gehangen zodat ouders hier alert op kunnen zijn bij hun eigen kind. Zaken zoals toedienen van medicatie en wat de groepsleiding doet als een kind ziek wordt op de groep, word met de ouders besproken.
Bij ziekte van uw kind wordt u geadviseerd het kind thuis te houden. Bijvoorbeeld bij een lichaamstemperatuur vanaf 38,5 graden.
Koorts is een reactie van het lichaam op een infectie. Ook hierbij beoordelen de leidsters hoe een kind zich voelt, of het mee kan doen in de groep en hoeveel aandacht en verzorging het nodig heeft.
Het kan ook zijn, dat uw kind op de kinderopvang zich ineens niet goed voelt of de lichaamstemperatuur 38,5 graden aangeeft, dan nemen wij met de ouders contact op.

Klachtenverslag
Een kinderopvang organisatie is al verplicht om ieder jaar een klachtenverslag op te stellen. Hierin wordt opgenomen onder meer een korte beschrijving van het aantal en de aard van de schriftelijke klachten per locatie. Ook het aantal en de aard van de geschillen die zijn behandeld door de Geschillencommissie Kinderopvang, dient in het klachtenverslag beschreven te worden.
Een kinderopvangorganisatie hoeft vanaf 2017 over het voorgaande jaar geen klachtenverslag te maken als er in dat jaar bij deze organisatie geen schriftelijke klachten zijn ingediend.

Aanvulling
Bij vragen of bijzonderheden gaan we in gesprek met peuterspeelzaal, basisschool of BSO.
Ouders geven hier toestemming voor. Op het KDV is er geen pauze.
We eten samen met de kinderen.
Er zijn altijd 2 leidsters aanwezig. Tenzij er meer kinderen onder het jaar aanwezig zijn, dan is het 1 op 3.
Het is een bewuste keuze om geen stagiaires aan te nemen.
We hebben in het verleden wel stagiaires gehad, hier ging vrij veel tijd in zitten. We zijn tot de conclusie gekomen dat we deze tijd nodig hebben om aan de kinderen te besteden.
In onze visie wordt ervan uitgegaan dat elk kind uniek is, dat wil zeggen dat elk kind zich ontwikkeld in zijn eigen tempo en binnen zijn eigen mogelijkheden.
In deze visie wordt het belangrijk gevonden uit te gaan van de behoeften en ontwikkeling van het individuele kind. Kortom het kind als persoon staat centraal.
Kinderen leren doordat de leidsters spelenderwijs ingaan op hun nieuwsgierigheid en door het activiteitenaanbod.
Vanaf het moment dat ze zich verstaanbaar kunnen maken, willen kinderen veel weten en vragen ze vaak ‘waarom?’.
Door vragenstellen word je wijzer.
Voor kinderen is het van belang te weten dat ze mogen vragen, dat ze mogen laten merken wat ze willen en wat ze willen weten.
De leidsters geven informatie, maar weten en kunnen ook niet alles.
Doordat de leidsters dit erkennen, leren de kinderen dat niet alles kan of bekend is.
De grove en fijne motoriek van de kinderen wordt gestimuleerd door verschillende activiteiten.
De ruimte waar de kinderen worden opgevangen is hierbij van belang en bij de inrichting moet met verschillende eisen rekening worden gehouden.
Zo moet de ruimte zowel veilig zijn als uitdagend, kinderen moeten er tot rust kunnen komen en ze moeten er kunnen bewegen.
Onder activiteiten wordt bijna alles verstaan wat de kinderen doen.
Dus niet alleen spelen of georganiseerde activiteiten, maar ook activiteiten gericht op de dagelijkse gang van zaken, zoals aankleden, naar het toilet gaan, eten en drinken, opruimen en dergelijke.
Ook wordt  steeds samen op vaste tijdstippen het eten klaargezet, gegeten en de tafel opgeruimd.
Dit alles om het kind een duidelijke structuur en regelmaat te bieden en tevens zijn biologische klok en dagritme gezond  te houden.
Het dagritme wordt afgewisseld door momenten van rust en activiteit.
Dit vaste ritme en duidelijke regelmaat geeft een kind houvast en vertrouwen, omdat het duidelijkheid verschaft.

Pedagogisch beleid
Uit de visie op de ontwikkeling van kinderen vloeien de volgende uitgangspunten met betrekking tot het pedagogisch handelen in kinderdagverblijf ’T Gruemelke voort:
• Het kind staat centraal dat wil zeggen dat hij of zij recht heeft op die individuele aandacht en wijze van behandeling die inspeelt op de behoeften, ontwikkelingsfase en belangstelling van het kind;
• Elk kind heeft het recht om te mogen zijn zoals hij of zij is en te mogen voelen dat hij of zij gerespecteerd en geaccepteerd wordt, zoals hij of zij is;
• Elk kind moet zich in de groep veilig en op zijn gemak voelen, zowel tussen de andere leeftijdsgenoten als bij de begeleiders. Een gevoel van veiligheid en geborgenheid is noodzakelijk voor een gezonde en verdere ontwikkeling;
• Regelmaat en structuur zijn van belang in het prille leven van het kind. Duidelijkheid en consequente aanpak zorgen voor rust en zekerheid in zijn of haar bestaan en helpen hem of haar nieuwe indrukken te verwerken;
• Het is ook van belang om een kind nieuwe uitdagingen te bieden die aansluiten bij zijn of haar interesses, mogelijkheden en ontwikkeling in elke levensfase. Elk kind moet de kans krijgen om nieuwe ervaringen op te doen en prikkels te onderzoeken;
• Het is van belang het kind van jong af aan ‘mondig’ te maken, zodat het kind op een jonge leeftijd kan leren voor zichzelf op te komen, vragen te stellen e.d., opdat hij of zij zich later beter kan ontwikkelen in de maatschappij;
• Het is goed voor het kind om contact te hebben met andere kinderen (van verschillende leeftijden). Zo leert hij of zij om samen te spelen en samen met andere kinderen plezier te maken. Samenwerken en daardoor van elkaar leren op spelende wijze is van belang voor de ontwikkeling van het kind;
• Volwassenen hebben een voorbeeldfunctie in het leven van het kind. Het kind neemt onbewust gewoonten, normen en waarden over van de ouders en begeleiders. Zij, met wie het kind een band heeft, hebben op deze dingen invloed;